Een vos die uit de dood opstaat, een meisje dat haar verleden niet meer weet en een huis vol wetenschappers: in De Vrolijke Verrijzenis Van Arago van Tomas Lieske komt dit allemaal samen. Maar is het allemaal echt, of is er iets anders aan de hand?

Ingewikkeld

Want er spelen twee hoofdpersonen een rol: vijftienjarige Joys, die na een auto-ongeluk in een coma raakt, en Lise, die zich haar verleden niet kan herinneren, bevriend is met een vos en in het Leiden van 1920 belandt. Deze twee meisjes zijn eigenlijk hetzelfde meisje, maar welke is de werkelijkheid?

Dit klinkt allemaal ingewikkeld, maar Lieske weet het zo te brengen dat het kan. Dit is in lijn met de gedachte-experimenten die centraal staan in het boek: zelfs de ouverture is een gedachte-experiment (blijkt later). In Leiden ontmoet Lise vooraanstaande wetenschappers, zoals Paul Ehrenfest, Willem de Sitter en Niels Bohr, die haar laten zien dat dingen onmogelijk maar niet onvoorstelbaar zijn.

Vos

Centraal staat natuurlijk de vos Arago, en hoe deze is verrezen uit de dood. Het schattige jonge vosje, met nog grijze haren, groeit op met Lise en wordt haar beste vriend. Hij volgt haar in haar avonturen, gaat zelfs mee naar Leiden. Ondertussen ligt Joys in coma, vanwege een jonge vos: haar vader moest uitwijken voor de vos, reed er toch overheen en verdween daarna met auto en al in een ravijn. Joys was net op tijd de auto uit geslingerd.

Maar die leuke, speelse vos van Lise is een beestje om verliefd op te worden. De relatie tussen vos en meisje wordt zo beschreven dat je als lezer ook genegenheid voelt voor het dier. Je wilt hem aaien en knuffelen, bent bijna jaloers op Lise omdat ze zo’n lief (en schattig) vriendje heeft.

Oordeel

De Vrolijke Verrijzenis Van Arago is een aandoenlijk verhaal over vriendschap, werkelijkheid en wetenschap. De mogelijkheden die je ervaart tijdens het lezen van het boek neem je nog mee als je de laatste pagina hebt gelezen. Hoe het absurde verhaal toch zo écht voelde, waardoor je ineens veel meer inzicht hebt in de jaren ’20 in Nederland (of in ieder geval Leiden).

De wereld die Lieske heeft gecreëerd is fijn om in weg te duiken. Hij heeft de wetenschap toegankelijk gemaakt voor mensen zonder bèta-achtergrond, door het op een manier te beschrijven die voor het meisje Lise ook begrijpelijk is. Daarnaast zijn de karakters aandoenlijk (op een paar uitzonderingen na – dat merk je wel als je het zelf leest) en zit er een fijn tempo in het boek. Zeker een aanrader dus.